HEST verleent af en toe op verzoek van de familie ook hulp aan zieken die in een verzorgingshuis zijn opgenomen.

Afgelopen nacht samen met een nieuwe bij Hest aangesloten collega vrijwilliger gewaakt bij een 91 jarige meneer in een verzorgingshuis. Nieuwe Hest-leden lopen altijd een of meer eerste inzetten met een andere Hest-vrijwilliger mee.
We lossen zijn enige dochter en schoonzoon af om elf uur, zodat zij hun zichtbaar broodnodige rust kunnen pakken. Het is aan hen af te zien dat waken bij familie een taaie bezigheid kan zijn, die in fysiek en mentaal opzicht veel kan vergen van mensen.

In de eerste drie uur zien we een teruggang bij meneer die ons doet vermoeden dat hij het ochtendgloren niet eens meer zal halen. Het is toch ook weer wonderlijk om te zien waar iemand de restanten levensenergie vandaan weet te halen om in het holst van de nacht een ogenschijnlijk soort van stabilisatie van zijn conditie te krijgen.

In de vroege ochtend rond de klok van zes, is een verdere verslechtering waarneembaar; het onafwendbare, definitieve sluipt langzaam, maar zeer beslist voelbaar naderbij. Het is tijd dat familie snel aansluit voor wat de laatste uren zullen zijn.

Iets na zevenen in de morgen verlaten mijn Hest-collega en ik de ruimte waar iemand het laatste stukje van zijn levenspad zal afleggen samen met zijn kinderen. We voelen de dankbaarheid van het echtpaar dat ze afgelopen nacht energie hebben kunnen opdoen voor het laatste deel van haar vaders etappe.

Aan het einde van de ochtend bereikt ons het bericht dat het staartje van de etappe nog amper twee uur heeft geduurd.